Wat een avond, afgelopen maandag. Spanning en sensatie. Twee invallers (de twee Pauls) omdat Colleen (rug) en Sander (inspanning) hadden aangegeven niet te kunnen spelen.
Het eerste bord was dus voor Paul Ruber die liever op de bank thuis had gezeten maar door de teamcaptain met zachte hand naar Hoofddorp was gedirigeerd. Hij speelde tegen een jonge sterke kerel: Chenwu Zhu (2003). Paul had al snel na het begin van de partij het idee tegenover een sterke 2200-speler te zitten en na een kleine onnauwkeurigheid werd hij met de witte stukken er vakkundig en onontkoombaar vanaf geschoven.
Op bord twee speelde Loek Veenendaal een partij met veel energie. Met zwart pleegde hij een stukoffer, maar de poging om met de extra pionnen zwaarder materiaal terug te winnen faalde. Remise stemde desalniettemin tot tevredenheid, al speelde Loek te lang door. Tegenstander Darryl Paalvast (zonder rating) maakte geen fouten, speelde correct en foutloos.
Op bord drie zat Aad de Bruijn, tjonge wat een speler. Hij speelde tegen Willem Hensbergen, voor Aad een ‘oude bekende’. Ze speelden afgelopen vrijdag in het Voges-toernooi in Hillegom nog tegen elkaar. Die partij werd remise. Maar deze avond was hun ontmoeting ‘different cook’. Vol overgave streden beide combattanten voor de winst. Willem pakte wat pionnen. Daardoor kwam wel zijn koning op de tocht te staan. Hoe Aad daarvan profiteerde gaat aan mijn voorstellingvermogen te boven. Geforceerd mat in acht werd met vaste hand uitgevoerd. Natuurlijk drukte ik na afloop mijn microfoon onder Aads neus voor commentaar: ja, wel goed gespeeld en aardig van Willem om zich mat te laten zetten, was zijn bescheiden reactie.
Op bord 4 vonden schermutselingen plaats die de partij tussen Aad en Willem wellicht in de schaduw hadden kunnen stellen. Leo Littel speelde met zwart tegen Pjotr van Nie. Oké, de tegenstander stond na het middenspel een stuk voor, maar Leo had in ruil daarvoor een puntige aanval op Pjotr open koningsstelling gekregen, met daar iets vandaan een gevaarlijk c-pion. Bij goed spel van wit zag het er slecht uit voor Leo, maar hij vond telkens een dreiging waar zijn tegenstander behoorlijk nerveus van werd. Leo zelf bleef er ook niet stoïcijns onder. Tijdnood doet rare dingen met de schaker en zo ook in deze partij. Pjotr kon de juiste voortzetting niet vinden, overzag in tijdnood een eenvoudige afruil van zijn loper voor de vrijpion waardoor hij met een pion meer het eindspel in had kunnen gaan. Allemaal waar, maar het was toch Leo die telkens met een toverzet de dreiging erin hield en een belangrijk punt binnen sleepte. Is hier, na Frans Arp, een nieuwe tovenaar geboren? Dat was de vraag waar op de terugreis lang over werd doorgefilosofeerd.
–0–
De partijen op de eerste vier borden heb ik voor een deel kunnen volgen (de laatste fasen daarvan). Dit omdat de lage borden al vroeg klaar waren, inclusief mijn eigen partij. Ik verbruikte veel tijd, zodat ik geen kans kreeg om van bord 5, 6 en 7 een beeld te krijgen. Ik volsta met wat ik heb gehoord van mijn teamgenoten, met kort commentaar.
Op bord 5 speelde Jan Vos. Die kwam er volgens eigen zeggen niet aan te pas: verdiend verloren, mijn tegenstander bleek beter vanavond. Op bord 6 zat Keimpe Knijft tegenover Michiel Wilts (1581). Hier bleef alles in evenwicht en op verzoek van Keimpe werd er redelijk snel besloten tot remise. Op bord 6 had Joost Jansen zijn dag niet. Helemaal uit Deventer gekomen en dan na 2.5 uur spelen een 0 incasseren tegen Wim van der Schoor (1525). Voelde niet lekker. Gelukkig heeft ook Joost het spektakel mogen zien van bord 3 & 4 waardoor de reis niet geheel voor niets was.
Tenslotte mijn eigen partij op bord 8. Met zwart tegen Leo Paalvast, de vader van de speler van bord 2 (Darryl): ratingloos, op het laatste moment toegevoegd aan de spelerslijst van Hoofddorp. Beide Paalvasten spelen pas sinds korte tijd voor de club. Zullen ze blij mee zijn in Hoofddorp. Leo Paalvast had al 55 jaar niet meer geschaakt en tegen zo’n talent was ik gekoppeld. Lange tijd ging de partij gelijk op in een soort rare Benko-opening. Beide spelers hadden kansen maar toen Leo op zeker moment een lastige stelling fout beoordeelde, kon ik de partij toch nog redelijk eenvoudig naar me toetrekken.
En dus 4 – 4. Eind goed, al goed. We hebben ons gehandhaafd in de 1e klasse NHSB met nog drie rondes te gaan. Al met al een knappe prestatie.
Je kunt het ook anders zeggen: we staan nu ‘gewoon’ tweede.