SPORTIEVE PLICHT VERVULD:
DBC – Kennemer Combinatie –2 Uitslag: 2½-5½.
Voor ons “eerste Spaarne” – team stond er niet veel meer op het spel, voor de gastheren des te meer. Als die de wedstrijd zouden winnen, konden ze de degradatie nog ontlopen. DBC stond immers, net als BSG-2 en Euwe-3, op vier matchpunten. En de tegenstander van BSG-2 (De Waagtoren) zou zeker alles uit de kast halen om te kunnen profiteren van een eventuele uitglijder van VAS-2, de koploper. Terwijl ook Euwe-3 het tegen Tal/DCG niet gemakkelijk zou krijgen.
Misschien ook daarom greep DBC naar het wapen van de “tactische opstelling”. Alle spelers van de oorspronkelijke opgave aan de KNSB waren aanwezig, maar werden, gesorteerd naar hun rating, aan de borden 3-5-6-4-8-2-1-7 geplaatst.
KC-2, alias Het Spaarne, moest drie invallers opstellen, maar behaalde niettemin een ruime overwinning.
Frans Arp, met zwart op bord 2, was het eerst klaar. Hij sloeg in een Slavisch fianchetto op de negende zet op c4 en Van Drie dacht dat hij beter eerst kon rokeren, alvorens terug te slaan. Maar toen bleek dat zwart rustig door kon gaan met het verzwakken van de witte stelling en er kwam dus een tweede pluspion bij. Van Drie probeerde nog het een en ander, maar moest berusten in de nederlaag. Ook Mariska hoefde zich aan het eerste bord niet bovenmatig in te spannen. De arme Dick Berkelaar, met ruim 300 elo minder “geofferd”, dacht, door op zet 16 met zijn dame op h2 binnen te vallen, in het voordeel te komen. Hij gooide er nog een toren tegenaan, maar de aanval werd koeltjes afgewimpeld, zodat een zwarte ruïne resteerde. Dat was 0-2. De sterkste man van DBC zat aan het derde bord tegenover mevr. Van der Mije, die niet vast meer in de opstelling wil worden opgenomen, maar die als WGM nog altijd over diep schaakinzicht beschikt (ze is tenslotte niet voor niets opnieuw onze clubkampioene!). Er ontstond een gelijk-opgaande strijd. Helaas ontglipten haar in het toreneindspel twee slechte zetten, zodat Boutens de overwinning toeviel.
Zoals zijn gewoonte is, speelde Aad de Bruijn ook met zwart weer fel op koningsaanval. De prijs daarvoor was, dat hij de b-lijn aan zijn tegenstander, Henk Dissel, overliet. Door een handige afwikkeling sleepte Aad een kwaliteit binnen, die in het eindspel snel besliste. In de analyse bleek echter dat wit had verzuimd zich door een tijdelijk offer van zijn binnengedrongen toren op b7 voldoende en misschien zelfs wel de betere kansen te verschaffen.
Heel jammer was, dat David Klein zijn positie als topscorer niet kon veilig stellen. Tegen de in sterkte tweede speler van DBC, aan het vijfde bord, begon hij zeer energiek en het zag er voor zwart (Paul van der Klein) al snel niet goed uit. Oppervlakkig gezien bleef David de beste zetten spelen, maar toen eenmaal de dames waren geruild, kwam aan het licht dat hij zich toch had “overstretched”. Een pionnenwals van zwart werd hem tenslotte noodlottig.
Intussen had invaller Lowie van Oers echter al het vierde winstpunt binnengehaald. Onno Kooy maakte het hem in ook al een Slavisch fianchetto totaal niet moeilijk. Gewillig stelde Onno de c-lijn ter beschikking, liet een kleine combinatie toe die een pion kostte en gaf tenslotte een vol stuk prijs.
Het stond dus toen 2-4.
Na vijf uur waren alleen Ronald Keizer en ik nog bezig. Beiden waren we met zwart in het voordeel gekomen. Ronald had lang gerokeerd en dacht de g-lijn te kunnen gebruiken voor de aanval. Thijs Dam opende intussen lijnen op de damevleugel. Als hij dat had nagelaten en alles had dichtgeschoven, zo bleek in de post-mortem, had hij de aanval over de g-lijn kunnen overnemen, dank zij de immobiliteit van de zwarte stukken en de zwakte van pion h5. Maar zo ging het dus niet: Ronald veroverde een kwaliteit en won het eindspel zonder problemen.
Als invaller, met zwart aan het achtste bord, moest ik het opnemen tegen Ben van der Laan. In een versnelde draak met c4 (Maroczy) kwam wit, zoals meestal, met ruimtevoordeel uit de opening. Maar Ben pakte niet echt door, zodat ik wat brutaler werd en met f7-f5 een riskant uitziende uitval deed. Het lukte een toren op g6 te krijgen en – na een pionnenopmars in het centrum – samen met de loper op b7 concrete dreigingen te scheppen. Maar opkomende tijdnood deden mij voorbij zien aan een fraaie offercombinatie. Ik wikkelde in plaats daarvan af naar een lopereindspel met een pion meer. Al snel bleek dat niet eenvoudig (en misschien wel onmogelijk) te winnen. Gezien de stand van de wedstrijd (2-5), en het gevorderd uur, kwamen we op de 53e zet remise overeen.
Later bleek dat de beide andere degradatiekandidaten hadden gelijk gespeeld. Had DBC van ons team gewonnen, dan had het zich gehandhaafd en was BSG-2 gedegradeerd. Een gelijk spel was daarvoor niet genoeg geweest: op bordpunten stond DBC immers onderaan.
Kennemer Combinatie –2 kan terugzien op een goed seizoen. De prestaties van het echtpaar Bertholée- De Mie waren bepaald inspirerend en het meespelen van David Klein was een groot succes. Op het nippertje werd verloren van de kampioen VAS-2. Dat we liefst 14 mensen hebben moeten inzetten, bewijst echter dat er spelers zijn die te gemakkelijk verstek laten gaan. Dan is onverwacht en onnodig puntenverlies een logisch resultaat.
Rob de Haan.
Het zit even tegen zaterdag 3-3-2007
Al in de aanloop naar de wedstrijd op 3 maart van Kennemer Combinatie-2 tegen VAS-2 was er tegenslag. Onze topscorers, David Klein en Gerard Snijders, moesten op het appel ontbreken en voor onze ere-invalster, mevr. Van der Mije, bleek het ook al onmogelijk dit keer te spelen. En dat tegen een van de titelpretendenten! Gelukkig werd Rob Oosting bereid gevonden op de bres te gaan staan.
Anticiperend op een tactische opstelling van de Amsterdammers mocht Aad de Bruijn het eerste bord gaan verdedigen. Hij trof daar echter wel degelijk de kopman van VAS-2, Ramon Koster. Die koos (met wit) een wat minder gebruikelijke variant, waarop Aad niet zo goed reageerde, zodat hij met een geïsoleerde pion bleef opgezadeld. Maar Aad verdedigde zich taai en toen hij zich met een tijdelijk kwaliteitsoffer dacht te bevrijden, leek het leed geleden. Helaas kon wit toen ondanks het al sterk gereduceerde materiaal toch gebruik maken van de wat tochtige zwarte koningsstelling en na winst van een pion overgaan naar een pionneneindspel, dat op tempo voor hem gewonnen was.
Invaller Rob Oosting, met wit aan het tweede bord spelend, kreeg na de opening een mooie aanvalsstelling. Door een iets te voorzichtige aanpak gaf hij de tegenstander (die van het vijfde naar dit tweede bord was verzet) echter gelegenheid ook van zijn kant een koningsaanval in te zetten. Er volgde een voor beide spelers niet zo effectief middenspel, dat tenslotte uitliep op een eigenaardige stelling met vastgelopen pionformaties en aan wits kant een paard en aan zwarts kant een (goede) loper. Ver in het zesde speeluur claimde zwart dat driemaal dezelfde stelling was voorgekomen. De vele voorafgaande zetten vestigden ook niet de indruk van een planmatig winststreven: remise was daarom een logisch en bevredigend resultaat.
Rob Bertholee (zwart, bord 3) wist Hilke van den Berg in een Wolgagambiet te manoeuvreren. De tegenaanval van wit in het centrum of op de koningsvleugel kwam totaal niet van de grond, terwijl Rob via de open lijnen op de damevleugel zijn pion “geruisloos” terugwon. De zwarte stukken bezetten steeds betere velden en direct na de eerste tijdcontrole bleek, dat wit een stuk zou moeten verliezen. Hij gaf de partij liever op.
Mariska had het veel vlugger voor elkaar. Vanaf het begin speelde zij op aanval en Morrison Lesger moest al snel alle zeilen bijzetten om niet onder de voet gelopen te worden. Dat kostte wel twee pionnen en dat was na overgang in het eindspel natuurlijk teveel.
Halverwege de middag zag het er voor de thuisclub eigenlijk nog heel goed uit. Onze zwartspelers waren de opening goed doorgekomen en eigenlijk baarde alleen de stelling van Frans Arp (bord 8, wit) behoorlijk wat zorgen. Frans speelde een theoretische variant, maar koos toen een passieve voortzetting. Belhach profiteerde onmiddellijk en egaliseerde, kreeg daarna zelfs een aanval in de schoot geworpen. Frans zag zich genoodzaakt tot een kwaliteitsoffer, maar bleef onder druk. De kwaliteit kreeg hij wel terug, maar zwart hield sterke dreigingen. Frans dacht er eens rustig over na….al te rustig! Hij lette niet meer op de klok en overschreed onnodig de tijd.
Aan het zesde bord wist Ronald Keizer ook al niet aan te tonen dat wit een klein openingsvoordeel heeft en kan behouden. Integendeel, al spoedig leken de rollen omgedraaid, zwart had het initiatief tot zich getrokken en toog ten aanval. Ronald werd door Karel Terstall kansloos naar de nederlaag gespeeld.
Hugo (bord 5, zwart) kreeg tegen Tex de Wit een prima stelling, maar investeerde onnodig een pion. Weliswaar kreeg hij die weer terug, maar pas na een lange afwikkeling die het materiaal reduceerde. In het eindspel liet hij een witte toren op de zevende rij toe, die daar allerlei onheil mocht stichten. Enkele wat zwakkere zwarte zetten bezegelden vervolgens de nederlaag.
Michiel (bord 7) ontnam Martijn v.d. Eijk ook al snel het initiatief. Toch viel het hem niet zo gemakkelijk om al in het middenspel een beslissing te forceren. In het toreneindspel was het aantal pionnen nog steeds gelijk en de koning van zwart stond wel beter dan die van wit, maar het bleef toch een breekbaar geheel. Wit bood even na de tijdcontrole remise aan, maar stond op dat moment duidelijk minder. Vijf zetten later moest hij capituleren. De einduitslag was dus 3½-4½ geworden.
De toch al niet zo grote titelkansen zijn nu natuurlijk wel helemaal verdwenen. Er resten nog drie ronden, waarin voldoende match- en bordpunten kunnen worden gescoord voor een plaats in de middenmoot. De fouten die verschillende spelers zich permiteerden, wijzen er eerlijk gezegd ook niet op dat zij in de tweede klasse van de KNSB-competitie een redelijk resultaat zouden kunnen behalen.
Hard onderuit!
zaterdag 3 februari 2007, Rob de Haan
Gewaarschuwd door de teamleider van Tal/DCG dat auto’s van hun gasten in de nabijheid van de speelzaal een dure parkeerplek wel eens zouden kunnen bekopen met “een ingetikt ruitje” reisde ons team van de Kennemer Combinatie-2 (alias Het Spaarne-1) per openbaar vervoer naar Amsterdam, Oud-West. Alleen Frans Arp, die met zijn elkaar opvolgende auto’s een speciale relatie onderhoudt, liet zijn vierwieler niet ongebruikt, maar moest wel lang naar een geschikt plekje zoeken, zodat hij een kwartier te laat achter het bord verscheen. Drie mensen zouden met de trein gaan; helaas was Michiel iets te laat op het station en toen moest hij dus alleen zijn weg vinden. Dat ging niet erg goed, maar dankzij de moderne G.S.M.-techniek kon ook hij tenslotte met “slechts” een half uur bedenktijd-schade de eerste zet uitvoeren. Vier spelers en de n.p.-captain prefereerden de bus. Die vertrok natuurlijk een kwartiertje te laat uit Haarlem, waardoor wij in Amsterdam nog stevig moesten doorstappen.
Onze sterkste speler – Rob Bertholee – moesten wij dit keer missen. Hij werd door mevr. Van der Mije op waardige wijze vervangen. Zij zette de partij agressief op, offerde een pion en hield Luberti geruime tijd zwaar onder druk. De gehele opzet was echter toch wel te optimistisch. Toen Luberti eenmaal loskwam – zakte de witte stelling ineen. Rond vijf uur moest ze de strijd staken.
De tussenstand was toen 4-1 voor Tal/DCG.
Aan het achtste bord was de strijd het eerst geluwd. Aad speelde met zwart, voelde zich niet helemaal fit en bovendien was er rond half drie al een eindspel bereikt, waarin hij redelijkerwijs niet op meer dan remise mocht rekenen. Ook waren op de andere borden nog geen lelijke ontwikkelingen te zien. Dus was ik met zijn remise tevreden.
Michiel echter had duidelijk last van zijn Odyssee. De opening ging nog vlot en goed, maar de dertiende (!) zet, waarmee hij enerzijds dameruil uit de weg ging en anderzijds een pion verdedigde die beter – in het belang van actief spel – geofferd had kunnen worden, was veel te passief. Een aantal zetten later zag hij zich genoodzaakt de dame te offeren voor twee stukken en op de 31e zet bekroonde hij deze “partij” met het en prise zetten van een volle toren.
David speelde aan het vierde bord met zwart vlot en met veel zelfvertrouwen. Zijn tegenstander kreeg inderdaad geen greep op de stelling, ondanks veel denkwerk, en bood remise aan. David stond wat beter en wilde wel doorspelen. Hij begon toen echter in de tijdnood van zijn tegenstander mee te gaan met snel zetten doen. Het is niet zeker dat er meer dan gelijkspel heeft ingezeten, maar zoals het ging was remise tenslotte de logische uitkomst. Door onze junior toch weer heel goed gedaan.
Frans had in het Corusschaaktoernooi zijn tienkamp gewonnen en leek dus in prima vorm. Hij speelde nu wel met de zwarte stukken, maar dan toch aan het zesde bord; ik had er wel vertrouwen in. De opening ging nog wel goed, maar in het vroege middenspel ging het mis. Hensbergen offerde een Paard dat Arp niet durfde te nemen. Achteraf gezien had hij dat beter wel kunnen doen, want het door hem verkozen alternatief was een tamelijk kansloos kwaliteits (tegen-)
offer. De strijd werd nog tot kwart voor vijf voortgezet, maar het was een “up-hill battle”.
Daarmee waren we dus op de al vermelde ruime achterstand gezet.
Drie partijen waren na de tijdcontrole nog aan de gang, in twee daarvan hadden onze mensen wit en ze leken alle drie voordeel te hebben. Als het wat zou meezitten, konden we nog gelijk komen! Het eerste punt kwam tien voor zes binnen (4-2). Van Caspel had zich niet op zijn sterkst verdedigd en verloor het toreneindspel. Gerard behaalde daarmee een score van 4 uit 5 (maar David heeft zelfs nog een halfje meer!).
Aan het tweede bord gezeten moest Mariska met zwart optornen tegen een tegenstander met de omineuze naam Leeflang. Die bouwde zijn stelling rustig op; misschien wat al te kalm, want geleidelijk werden de stukken geruild en wist
Zwart de stand te egaliseren. Maar: er moest gewonnen worden en dus moesten er risico’s worden genomen. In het eindspel met aan beide kanten zes pionnen, een toren en een witveldige loper, probeerde Mariska de stand te forceren door onder meer een loperoffer, gebaseerd op haar ver-opgerukte a-pion. Maar wit hield het hoofd koel, weigerde het geschenk en offerde zelf, de kwaliteit tegen een pion. Hij dreigde een pion van zijn 3 tegen 1 meerderheid op de koningsvleugel naar de overkant te brengen. Inderdaad kwamen er nog een witte en zwarte Dame op het bord, maar toen was het ook direct afgelopen: de zwarte koning stond te slecht. Mogelijk had Mariska de eindfase beter kunnen spelen, maar in elk geval heeft ze niet de veilige weg gekozen, maar in het belang van het team geprobeerd ijzer met handen te breken. Na haar verlies stond het 5-2.
Ronald heeft in zijn partij een pion voorgestaan, maar door een kleine vergissing raakte hij die weer kwijt en hield toen slechts een heel licht voordeel over in een paard-eindspel. Het had geen zin meer om tot iedere prijs te forceren in een tenslotte duidelijke remisestelling. Even over half zeven werd daarom de vrede getekend. Het was 51/2-21/2 geworden.
De overwinning van Tal/DCG is misschien iets geflatteerd, maar toch ook wel terecht. Ons team was verzwakt, terwijl de gemiddelde ratings van de Amsterdammers normaal al iets hoger zijn. Dat neemt niet weg, dat de val van de eerste naar de vierde plaats even verwerkt moet worden. De teamleden die aanzaten bij de gezellige maaltijd na afloop hebben daarmee al een goed begin gemaakt!
Nog net aan kop! zaterdag 16-12-2006
De kleine overwinning die het tweede team van de Kennemer Combinatie op 16 december behaalde tegen NSI- De Eenhoorn -2 bleek nog net voldoende om zich op de eerste plaats te handhaven. Het verschil met De Waagtoren is echter nog maar een half bordpunt!
Halverwege de wedstrijd leek het op een ruime zege te zullen uitlopen, maar sommige spelers hadden blijkbaar hun dag niet.
Dat kon zeker niet gezegd worden van mevr. Van der Mije, die (met zwart) inviel voor Hugo Gorissen. Zij speelde juist een heel goede positionele partij tegen Molenaar, die geen moment gevaarlijk kon worden. En ook David Klein maakte met zwart het spel en versloeg Mulder overtuigend: eerst een kwaliteitsoffer, daarna een krachtige pionopmars die de vijandelijke toren vleugellam maakte, waarna tegen promotie van een tweede pion niets meer te verzinnen was.
Aan het eerste bord zette Rob Bertholee Jeroen Edeling direct onder grote druk. Zwart had geen enkel tegenspel en de vraag was slechts waar en wanneer de klap zou vallen. Dat bleek na enkele uren in het eindspel te zijn.
Al vrij vroeg werden twee partijen remise gegeven. Gerard Snijders, die Mariska de Mie verving aan het derde bord, kwam prima uit de opening, maar het voordeeltje verdween na wat onhandige zetten zodat hij graag inging op het remise-aanbod dat hij ontving.
Aan het achtste bord werd door beide spelers weinig ambitieus gespeeld; er stond al snel een volkomen gelijk eindspel op het bord, dat Ronald Keizer (zwart) noch zijn tegenstander (A. Edeling) nog kansen bood.
Met een gelijkspel al in de zak (het stond immers nu 1-4) zag het er naar uit dat er nog wel twee punten bij zouden komen. Want Michiel Sijpkens, zwart aan het tweede bord, had de opening dan wel niet zo goed behandeld, zijn tegenstander Van der Gracht, deed het daarna weer verkeerd en Michiel kreeg goede aanvalskansen. Helaas, die werden niet goed waargenomen en een paar wanhoopsoffers konden het tij ook niet keren.
Aad de Bruijn lukte het een gevaarlijk initiatief te ontwikkelen. Maar hij deed het allemaal wel erg scherp en dat kostte heel veel bedenktijd. Tenslotte had hij voor twaalf zetten nog minder dan een minuut. Even leek het helemaal verkeerd te gaan, maar toen produceerde Aad een probleemzet die de tegenstander naar eeuwig schaak deed zoeken. Met nog een paar seconden voor enkele zetten was het niet verantwoord om dat uit de weg te gaan. Door het scoren van dit halfje was in ieder geval de overwinning binnen.
Tenslotte de partij van Frans Arp (wit) aan het vijfde bord. Hij trok al snel ten koningsaanval, maar onverwacht brak hij deze af ten gunste van een actie op de damevleugel. Ook hij offerde de kwaliteit voor enkele pionnen en dat leek inderdaad wel kansrijk maar was misschien toch niet genoeg. Er ontstond tenslotte een eindspel met van weerskanten opgerukte pionnen, waarin de zwarte toren het overwicht op de witte loper duidelijk kon demonstreren. Veel toeschouwers meenden dat het op remise zou uitlopen, maar Geerts deed het allemaal heel secuur en boekte een vol punt.
Na vier rondes is er nu een kopgroep van drie achttallen met 7 matchpunten, op de voet gevolgd door twee teams met zes punten. Voor Euwe-3, dat nog geen matchpunten behaalde, gaat het er somber uitzien. En ook BSG-2 en NSI De Eenhoorn-2 (1 matchpunt) hebben reden zich zorgen te maken. Pas op 3 februari 2007 volgt de vijfde ronde.
MONSTERZEGE zaterdag 11-11-2006
Ons tweede team van Kennemer Combinatie, voorheen : Het Spaarne – 1, was vast van plan om B.S.G.-2 te verslaan en dat is ook werkelijk gelukt. En met wat voor cijfers: het werd 7-1.
Teamcaptain Theo Slisser van de gasten merkte op, dat met drie invallers moest worden afgereisd, wat voor ons onverwacht kwam, omdat BSG – 2 in de vorige wedstrijden maar een matchpunt had veroverd en dus alle belang had om goed voor de dag te komen.
Ook ons thuisteam speelde met een invaller, te weten mevr. Van der Mije in de plaats van Hugo Gorissen. Verder konden we aan de kop zowel Rob als Mariska Bertholee (-de Mie) inzetten.
Dus eigenlijk waren we op volle oorlogssterkte. Door deze grote overwinning heeft ons team nu de koppositie in klasse 3D van VAS-3 overgenomen. In matchpunten staan De Waagtoren en Botwinnik nog gelijk, maar in bordpunten zijn ze achterop geraakt.
Nog voor drie uur, na twee uur spelen, kwam David Klein (die nu aan het zesde bord speelde) al met de eerste overwinning. Zijn onstuitbaar optrekkende h-pion noodzaakte zwart tot een krampachtige verdediging. De lange rokade bleek geen oplossing: de kwaliteit ging verloren en de dreigingen bleven onverminderd bestaan, zodat zwarts opgeven onvermijdelijk was. David heeft nu in alle drie partijen de volle winst behaald. Een topprestatie.
Slechts een half uur later stond het 2-0. Michiel Sijpkens had maar iets meer dan 20 zetten nodig om aan het vierde bord Theo Slisser van het bord te combineren. Die had een scherpe openingsvariant gekozen, maar de witte aanval duidelijk onderschat.
Nog een half uurtje later kon Aad de Bruijn aan het vijfde bord (met zwart) de overwinning laten aantekenen. Wit weigerde in te gaan op een zetherhaling en moest dit duur bekopen.
De middenlinie was dus heel succesvol gebleken. Maar ook over de stand op de overige borden kon ik tevreden zijn. Rob Bertholee trof de bekende Tom de Ruiter aan het eerste bord, maar wist met zwart al snel tot gelijkwaardig spel te komen.
Mariska offerde direct na de opening een pion, die zwaar vergiftigd bleek: ze kreeg een sterke aanval in ruil. Mevr. Van der Mije (zwart) had na de opening geen problemen en ging dus op zoek naar voordeel.
Gerard Snijders, ook met zwart, had eerst meer ruimte veroverd, maar later dit voordeel weer ingeleverd, zodat hij toestemming vroeg (en kreeg) om remise aan te bieden of te accepteren (waar BSG met zijn grote achterstand natuurlijk geen belang bij had).
Aan het laatste bord, waar ons team weer met wit speelde, ontspon zich een heel spannende partij. Ronald Keizer had op de damevleugel voordeel en een pion veroverd, maar zwart ontketende een hevige koningsaanval. Ronald verdedigde zich daartegen slim en omzichtig. Hij accepteerde het paardoffer dat de g-lijn opende en of hij stand zou kunnen houden, leek onzeker.
Mariska bracht de stand rond half vijf op 4-0 toen haar tegenstander een paard en prise zette.
Een klein kwartier later won ook haar echtgenoot: De Ruiter overzag namelijk bij het naderen van de tijdcontrole een aftrekschaak, wat de dame zou kosten. Vervolgens bracht ook Ronald zijn partij tot een goed einde: wederzijds werden kwaliteiten geofferd, maar uiteindelijk bleek dat niet wit, maar zwart mat zou gaan. Het stond toen 6-0!
Gerard had het eindspel beter kunnen spelen en raakte materieel in het nadeel, maar kwam toch niet echt in gevaar. Hij schreef een halfje bij.
De partij van mevr. Van der Mije had een wat wisselvallig verloop, maar tenslotte stond er een eindspel met aan elke kant een toren en een (ongelijke) loper op het bord waarin onze damesgrootmeester wel wat initiatief had, maar toch geen aanspraak op de overwinning meer kon maken. Ook aan het derde bord werd dus de vrede getekend.
Zaterdag 14 oktober 2006
In een erg spannende wedstrijd heeft ons eerste Spaarne-team (Kennemer Combinatie-2) met 4-4 gelijk gespeeld tegen De Waagtoren uit Alkmaar (fusie van 0-0-0, ASG en VVV).
Ons achttal had een lagere gemiddelde rating, maar heeft toch uitstekende kansen gehad op de overwinning.
Zo verloor Mariska de Mie van Frank van Tellingen, maar had ze hem al vroeg in de partij met een zinderende koningsaanval de stuipen op het lijf gejaagd. Naar zeggen miste ze echter in tijdnood de goede voortzetting en moest daardoor in tweede zitting opgeven.
Ook Michiel Sijpkens had meer kunnen scoren: een vol in plaats van een half punt. Zijn tegenstander had de partij eerst bescheiden opgezet en drie lichte stukken laten ruilen, maar werd toen plotseling agressief en begon een koningsaanval die niet doorsloeg. Toen hij een fout maakte en Michiel in een zet kon winnen, antwoordde laatstgenoemde met zo mogelijk een nog grotere fout. Er kwam een toreneindspel op het bord dat Michiel nog kansen leek te bieden (hij had een pion meer) maar dat toch nog remise liep.
Hugo Gorissen raakte op een gegeven moment de draad kwijt en werd in mindere positie verrast door een combinatie die hem kansloos liet.
Bij Frans Arp ging het omgekeerd. Die had zich eerst nogal in een hoek laten dringen, waarbij vooral zijn paarden geen kant op konden, maar door een onvoorzichtigheid van Vlaming, zijn tegenstander, kon hij een gevaarlijk initiatief op de damevleugel ontwikkelen. En toen kwam plotseling de gelegenheid om een promotiecombinatie te plaatsen, wat een vol punt opleverde.
Ook Aad de Bruijn kreeg in het vierde speeluur (na een rommelige partij) mooie kansen, maar koos toen een afwikkeling die hem met een erg moeilijke stelling liet zitten. De moeilijkheden kon hij in tijdnood niet de baas, zodat het punt naar Smorenberg (zwart) ging.
Interessant was de partij van Ronald Keizer. Die deed op zeker moment een volle toren in de aanbieding, welk offer Veneman (wit) wijselijk afsloeg. Ronald hield er een pion aan over, maar in het eindspel kwam hij toch niet verder dan remise.
Maar dan de laatste twee borden, die overigens (weer) het eerst klaar waren, zodat De Waagtoren lange tijd tegen een achterstand stond aan te kijken . Gerard Snijders beantwoordde de Poolse opening (te) kalm, maar gezond en kwam geleidelijk steeds beter te staan. Een doorbraak in het centrum leverde een vol stuk op, waarna de opponent (Vink) de strijd staakte.
David ontmoette aan het achtste bord een “oude bekende” : Annemarie Volkers. Die wilde in een Najdorf met Lg2 en Pde2 op zeker moment gaan aanvallen met g4, maar die wat onlogische opzet had geen succes, al was rokeren voor zwart onmogelijk geworden. In het vervolg offerde David de kwaliteit voor twee pionnen en leek beter spel te hebben. Annemarie bood goed weerstand, maar verbruikte wel veel tijd. Haar 40e zet zag er heel sterk uit, maar was in feite een blunder, wat David onmiddellijk aantoonde.
Zaterdag 23 september 2006 ging de K.N.S.B.-competitie van start.
Voor de kersverse s.v. Kennemer Com-binatie met twee achttallen: het eerste (opgebouwd uit getrouwen van de s.v. Bloemendaal) in de Tweede Klasse C en het tweede (met spelers die lid zijn van s.v. Het Spaarne) in de Derde Klasse D.
Ook het derde achttal (met spelers van Bloemendaal) begon aan het nieuwe seizoen in de Promotieklasse van de N.H.S.B. Dit team speelde in het vorig seizoen ook nog in de derde klasse van de K.N.S.B.-competitie.
Plaats van handeling was het Café-Restaurant Vreeburg aan het Kerkplein in Bloemendaal. In de sfeervolle bovenzaal vonden de drie teams met hun tegenstrevers, ploeg- en wedstrijdleiders, een comforta-bele huisvesting, terwijl de voor-ziening met koffie en thee ruimhartig geregeld was.
Aan het eind van de ochtend en voor het begin van de wedstrijd konden de spelers van Kennemer Combinatie in de eetzaal al deelnemen aan een brunch, gesponsord door Edwin Rutten. Na afloop was er in de speelzaal gelegenheid om tegen schappelijke prijs een prima maaltijd te ge-bruiken.
Was het drempelvrees dat maar weinig spelers van Het Spaarne bij de brunch en het diner acte de présence gaven?
De tegenstand voor de K.N.S.B.-teams werd verzorgd door de schaakvereniging Paul Keres (Utrecht) (Utrecht. (Utrecht), die hun tweede en derde achttal hadden afg uit Utrecht, die twee teams had afgevaardigd. Die vonden blijkbaar zonder veel moeite de weg naar onze nieuwe speellocatie (dat geldt ook voor de gasten uit Hoorn, die het opnamen tegen ons derde team), zodat aardig op tijd de eerste zetten konden worden gedaan.
Het werd een gedenkwaardige middag, waarin alle drie thuisteams een ruime overwinning behaalden. Hieronder een eerste impressie van wat voorviel in de wedstrijd tussen Kennemer Combinatie -2 en Paul Keres – 3. en opzichte van de opstelling van Het Spaarne-1 in het vorig seizoen waren er twee wijzigingen: David Klein speelde in plaats van Cor Hoogeterp en onderging aan het achtste bord een zeer geslaagde vuurdoop, terwijl Rob Bertholée de honneurs waarnam voor zijn echtgenote Mariska de Mie.
Al na een uur spelen kon de teamleider tevreden vaststellen dat de zaken zich niet ongunstig ontwikkelden. Nog een uur later was dat de overweging om een positief advies te geven op de vraag of Ronald Keizer remise zou aannemen. Ronald had onbedoeld een pion geofferd, waarvoor hij waarschijnlijk wel voldoende compensatie had. Maar hij had er toch geen goed gevoel bij en was blij om er tussen uit te kunnen knijpen. In het derde speeluur kwam het eerste volle punt binnen: Bouwhuis offerde een kwaliteit tegen Hugo Gorissen, waar hij eigenlijk niets voor terugzag. Al op de achttiende zet moest de Utrechter daardoor de vlag strijken. Frans Arp wist het kleine voordeeltje dat hij de hele partij had niet in winst om te zetten. David (wit) speelde de opening heel kundig en ook het middenspel zeer doelbewust, zodat hij op de damevleugel duidelijk voordeel kreeg. Een tegenactie van Dijksterhuis in het centrum werd goed opgevangen en in een poging tot koningsaanval verbrandde zwart alle schepen achter zich. Gerard Snijders nam het (met zwart) op tegen invaller Calinalti, die al heel snel in een benauwde positie terecht kwam. Al vrij snel drongen zwarte stukken binnen en veroverden materiaal, waarna de partij secuur naar winst werd afgewikkeld. Tussenstand rond 16 uur: 4-1 voor de thuisclub.
Aad de Bruijn speelde met zwart in zijn lijfopening weer zo’n partij die alle kanten uit kan. De opening lijkt dan bijna altijd in het voordeel van wit, maar geleidelijk verschaft Aad zich (gevaarlijke) tegenkansen en het slot is niet zelden dat wit verliest of zich met remise in de handen mag knijpen. Zo ook deze zaterdagmiddag. Toen bij gelijk pionnenaantal ongelijke lopers waren overgebleven nam Aad de remise die de overwinning van het team zeker stelde.
Michiel Sijpkens (wit) kwam goed te staan, na wat onvoorzichtige pionzetten van Uildriks. De afwikkeling die hij koos was echter niet zo duidelijk. In het toreneindspel was een vijandelijke toren hinderlijk binnengedrongen. Het zag er naar uit dat Michiel in remise moest berusten. Maar een lange denkpauze na de eerste tijdcontrole leverde een wel wat riskante maar -zoals binnen tien zetten bleek – toch zeer verantwoorde winstvariant op.
Onze Rob Bertholée (zwart) werd aan het eerste bord geconfronteerd met een door Van Heel thuis grondig voorbereide variant. Desondanks kwam zwart goed te staan. Pogend zijn kleine voordeel uit te bouwen, nam Rob wel veel hooi op de vork door de zwarte velden rond zijn koning door loperruil te laten verzwakken. Met een spectaculaire torenzet veroverde hij een stuk, maar nam de tegenkansen van wit te weinig serieus. Even later was hij daardoor gedwongen een matdreiging op te heffen door de dame te geven voor een stuk. Het gereduceerde materiaal (dame tegen twee stukken en op beide vleugels nog een paar pionnen) bood toch nog enige remisekansen. Rob zette zich hiervoor geheel in. Op de damevleugel offerde hij een pion om op de koningsvleugel een vesting te kunnen bouwen. De poging die te doorbreken kostte wit een belangrijke pion en wat hij toen ook nog probeerde, op de 86e zet moest hij in remise berusten. Een mooie defensieve prestatie van onze FM.
Een prima begin dus van het seizoen: 6-2 .En ook Paul Keres-2 werd met een forse nederlaag naar huis gestuurd: 51/2-21/2 voor de Kennemers (als Lex Jongsma zijn toreneindspel met twee extra vrijpionnen had weten te winnen, was ook die uitslag 6-2 geweest!). De overwinning voor Kennemer Combinatie -3 tegen De Eenhoorn was zoals het dus blijkbaar hoort weer 6-2!