Thriller in Trionk KC N2J - Het Spaarne N1

Vrijdagavond 8 maart vond het treffen plaats tussen Het Spaarne 1 en het jeugdteam van KC (N2J). Op papier was er behoorlijk wat ratingverschil ten opzichte van de “oudjes” van het Spaarneteam maar in de praktijk bleek daar niets van. Het Spaarne speelde een thuiswedstrijd, maar vanwege de jeugdige spelers van de tegenpartij werd er besloten de match te spelen in het clubgebouw Trionk, de thuisbasis van K C. Uiteindelijk werd het een thriller waarvan de uitslag op zich liet wachten tot na het middernachtelijk uur. Het complete team van het Spaarne was aanwezig, mede omdat men zich ervan bewust was dat het kampioenschap van de eerste klasse in het verschiet komt te liggen indien er werd gewonnen (willen we dat wel? red). Uw verslaggever en tevens non-playing-teamcaptain had zich, thuis, uit zijn luie stoel gehesen om met eigen ogen de helden van het Spaarne in de speelzaal toe te juichen naar een vorstelijke overwinning. Althans, daar ging ik van uit, maar kwam bedrogen uit.

Na amper twee uur spelen kwam de eerste kleine verrassing. Sander Schilthuizen, op bord 4 met wit, bood remise aan tegen Jack Schoonenwolf. Er zat weliswaar 200 punten verschil tussen, maar Sander zag, na pakweg 20 zetten, de harde balans en had er vrede mee. Dan moet het maar gebeuren op de andere borden. Maar dat viel niet mee.

Op bord 1 had onze kopvrouw Colleen Otten een zware partij. Met zwart overzag zij een diepe, nauwkeurige combinatie die haar tegenstander een dame opleverde voor twee lichte stukken. Een snelle nul dreigde. Gelukkig kon Colleen de stelling zo compliceren dat er een geordende chaos van stukken op het bord verscheen, zodat Quint de Jong, in betere stelling, het niet vertrouwde en met een remisevoorstel kwam. Na overleg met de teamcaptain werd het aanbod van harte geaccepteerd.

Ook op bord 7, waar onze solide Keimpe Knijft (voorheen KC-lid) het opnam tegen Casper de Koning, kwamen we goed weg. Casper met 500 ratingspunten minder op papier, pakte brutaal het initiatief en hield na goed spel een volle kwaliteit over. Normaal goed voor het volle punt maar Casper kreeg dit soort stellingen voor de eerste keer op het bord en wist geen plan te vinden om de partij tot winst te voeren… dus wederom een remise (1.5-1.5).

Ook Jan Vos op bord 6 met wit had het moeilijk. Na een goede opening vervaagde zijn voordeel en kwam hij zelfs een pion achter. Zijn tegenstander Shrey Jaitly, die Jan zelf nog schaakles heeft gegeven, ruilde te veel materiaal om met een pion meer het eindspel van ongelijke lopers om te zetten in winst. Ook remise. Al met al 3 x een plusremise voor KC, dus met enig geluk ging de wedstrijd nog steeds gelijk op voor ons.

Maar dan: op bord 5 voltrok zich een drama. Leo Littel kreeg met zwart een uitgesteld Morragambiet tegen zich. Aanvankelijk zag het er niet al te goed uit voor zwart. Een hangende pluspion op d6 dreigde verloren te gaan maar Leo verdedigende kwaliteiten gecombineerd met aanvallende impulsen waren voldoende om Stefan van der Duijs terug te dringen. En de pluspion bleef op het bord. Daarna kwamen de overgebleven zwarte stukken ook nog eens diep de witte stelling binnen en dus telde ik het punt al voor Het Spaarne. Een paar torenschaakjes voor wit kwamen nog op het bord. Niets aan de hand, zou een objectieve toeschouwer zeggen, de zwarte koning doet een paar stapjes terug en de buit is binnen. Ik zei in stilte ‘terug!’, maar Leo zag triomfbogen voor zich en schoof bijna a tempo de koning naar voren en overzag daarmee mat in één. Leo in shock, uw verslaggever in shock, hele team in shock. Plotseling stonden we achter (2-3).

Maar toen stonden de echte schakers op. Op bord 3 zat onze man van staal Aad de Bruijn. Okay, de opening was niet je van het. De witspeler Mats de Jong kwam in de eerste tien-vijftien zetten voorbeeldig voor de dag  met een uitstekend plan dat veel weg had van een goede voorbereiding. Een zwart paard stond verkeerd geparkeerd op veld h7 en had behoefte om het vrije veld in te springen. Voorlopig kon daar geen sprake van zijn. Maar Aad panikeerde niet, bleef lang nadenken over tegenkansen en suste zijn jeugdige tegenstander een beetje in slaap. En toen de kans zich voordeed sloeg hij zijn slag. Weliswaar had Aad, onderweg een kwaliteit verloren maar de combinatie die Aad na een onnauwkeurige zet van Mats op het bord toverde (Ph3xf4) bracht hem terug in de partij. Aangeslagen ging Mats lang in de denktank, maar vond niet meer de beste zetten en berustte in zijn nederlaag toen hij ook nog een van zijn toren liet insluiten.

Pal daarop kwam het goede nieuws van bord 2. Loek Veenendaal boekte een fraaie overwinning door Tim Roosink te verslaan. Moeilijke partij om verslag van te doen. Ook Loek verloor een kwaliteit en leek minder te staan met een klont zwarte pionnen in het centrum, maar makkelijk was het niet voor beide partijen om het juiste plan te vinden. Wellicht dat Tim niet met de dame had moeten binnendringen in de witte stelling. Zag er veelbelovend uit, maar daardoor wist Loek de stelling te kantelen met veel activiteit voor zijn stukken en een loei van een vrije d-pion. De zwartspeler streek de vlag toen de strijd niet meer gaande te houden was. Proficiat Loek! Ziekjes, te voet gekomen en toch gewonnen!!

Tsja……. 4 –3 voor en nog één partij te gaan. We moesten winnen, om voor het kampioenschap gaan. Bord 8, daar speelde Joost Jansen met wit tegen Luke Schoonenwolf. Ook hier 200 punten ratingverschil. Joost was al langs geweest of ie een remiseaanbod mocht accepteren. Nee, was mijn antwoord, want op dat moment had Leo zich mat laten zetten en waren Aad en Loek nog helemaal niet aan de winnende hand. Aanvankelijk stond Joost prima en had het betere van het spel, maar na het weigeren van de remise ging het bergafwaarts. Langzaam zakte Joost weg in het moeras. Tijdnood doemde op, terwijl de keuzes moeilijk waren en er veel moest worden gerekend. Vele schakers verzamelden zich rond dit bord om getuigen te zijn van spanning, sensatie en drama. Zou het een gelijkspel worden van 4-4? Dan moest Luke gaan winnen. En op dat moment won Luke een kwaliteit, daarna nog een pion. Joost zwoegde, in volle tijdnood, door op zoek te gaan naar eeuwig schaak om daarmee toch een halfje te snoepen waardoor hij de winst naar 4,5 – 3,5 voor Het Spaarne zou trekken. Beide spelers waren super gespannen en zwartspeler Luke stond op winst. Maar door de schaakjes van wit werd het net te veel. Toen Joost een pion kon offeren (g5-g6) om zijn manke paard op h3 via g5 in het offensief te betrekken, kreeg Luke van zijn teamleider het verlossende tikje op zijn schouder dat hij remise mocht aanbieden. Eindstand 4.5-3.5.

Allemaal een stukje ouder geworden en wat een spektakel.

PNE

1 7217111 Colleen Otten (1967) – 8547638 Quint de Jong (1752) ½ – ½

2 8190402 Loek Veenendaal (1899) – 7992215 Tim Roosink (1877) 1 – 0

3 6625839 Aad de Bruijn (1824) – 8498743 Mats de Jong (1814) 1 – 0

4 8517069 S. Schilthuizen (1877) – 8632745 J. Schoonenwolf (1656) ½ – ½

5 7383398 Leo Littel (1787) – 08789033 Stefan van der Duijs (1771) 0 – 1

6 7185651 Jan Vos (1793) – 08688020 Shrey Jaitly (1663) ½ – ½

7 7037591 Keimpe Knijft (1726) – 8591143 Casper de Koning (1206) ½ – ½

8 7001335 Joost Jansen (1660) – 86866 Luke Schoonenwolf (1467) ½ – ½

Totaal

Gemiddelde rating: 1817

Gemiddelde rating: 1651

Woerden 2 – Spaarne 1 3,5-4,5 Erop of eronder

In Woerden was het erop of eronder tegen medekeldergigant Woerden 2. Voor uw verslaggever was het de eerste partij in klasse 4D sinds begin november vorig jaar.

(Chips eten in Woerden, een klein genoegen na afloop.)

Ik was voor de verandering als eerste klaar en kon daardoor de situatie op de andere borden goed volgen.

Midden op de middag gaf mijn tegenstander (Julien Rentrop) pardoes op. Niet omdat de stelling opgave niet rechtvaardigde, hij stond inmiddels een stuk achter, maar toch, opeens steekt je tegenstander de hand uit, op een moment dat je het net niet verwacht. We analyseerden de partij in een zijzaaltje en overzagen allebei een grappige tactische wending. Mijn tegenstander had een loper op b7 en een paard op c6. Hij had na Pc3xd5 terug kunnen slaan met de dame (Dd8xd5). Mijn engine liet het ijskoud zien:  ….. Dd8xd5, Pf3-g5 (met matdreiging op h7 vanwege een dame op c2 en aanval van Lg2 op de dame), Dd5xg2+!, Kg1xg2, Pc6-b4+ en zwart wint zijn dame terug (Pb4xc2). Overzien door beide spelers. Daar kan geen elo-opwaardering tegen op. (Kunt u het nog volgen zonder diagram?)

Daarmee kwam Het Spaarne op een 1-0 voorsprong. Buiten bezong de zon niet eens verraderlijk de eerste lentedag, ik moest binnenblijven en keek langs de borden. We stonden er niet goed voor. Op vier borden stond het om en nabij gelijk (Colleen Otten op bord 1 met wit tegen Leen de Jong (1939), Paul Ruber (1968) op bord 2 met zwart tegen Wijnand Groenen (1846), Loek Veenendaal (1936) met wit op bord 3 tegen Henk de Heer (1849), Fer Mesman (1792) op bord 8 met zwart tegen Annie de Jong-Meijer (1759).

(Uw verslaggever lijkt welhaast een ratingfetisjist, maar het zijn gedenkwaardige jaartallen: Nederland, een jaar na Thorbecke’s grondwet, de studentenstorm in Parijs, het enige volle jaar van Euwe’s wereldkampioenschap, Einsteins relativiteitstheorie en Hitlers machtsovername (mijn nieuwe speelsterkte, verdomme)).

Alleen Aad de Bruijn (1905) had meer dan een plus (een goede tegen een slechte loper, maar ja, wat ging hij doen tegen de opmars f4-f5?). Frans Arp (1911: Kamerlingh Onnes ontdekt supergeleiding bij extreem lage temperaturen (Nobelprijs voor natuurkunde, 1913)) stond een pion achter in een loper-eindspel (verloren?) en Jan Vos (1872), die Leo Litttel (1840: van a space odyssee naar de tijd van Marie Antoinette en terug naar de Romantiek – het kan erger / helaas is Beethoven al dood, maar daarna ….. daarna lonkt het belle epoque en terug die fucking 20ste eeuw in,  brrr, liever niet, Leo!) verving, had een veelbelovende aanvalsstand omgetoverd zien worden in een eindspel van paard tegen loper, met een pion minder (tegen Willem Vink, 1743). Even later waren het er al twee. Jan moest helaas opgeven: 1-1.

Teamcaptain Frans Arp zat met de zwarte stukken te zwoegen op bord zes. Pion verloren in het vroege middenspel. Veel afruil van stukken was voorbijgekomen en nu zag het er niet best voor hem uit. Zijn tegenstander (Chris Klaassen, 1837) had een mooie vrijpion op c5.

Colleen Otten (1971) kwam overleggen: ondanks een pluspion bood haar stelling op bord 1 niet meer dan remise door zetherhaling. Ze had een kreupele loper op c1 die nog geen pas had gedaan sinds de eerste zet. Dan maar remise. Aad de Bruijn had inmiddels een iets grotere plus, maar hij zat krap in de tijd.

Ik zag Frans Arp resoluut de opgestoomde witte pion van het bord slaan. Loperoffer (Lxc6), met als resultaat een theoretische remise: kale koning tegen randpion en loper van de verkeerde kleur. Oef! Dat scheelde een slok op een borrel.

Loek Veenendaal ging op bord 3 in de denktank toen zijn tegenstander bijna a tempo Dc6-a4 speelde. Wat nu? Een stelling met ongelijke lopers (Lg7 versus Lf1), ieder twee torens en een dame, en ieder ook nog een trits pionnen op de koningsvleugel. Lf1xTa6 kon niet vanwege dame-verlies (Lg7-d4), met de witte dame op f2 en de koning erachter (g1). Na overleg nam ook hij remise.

Drie partijen gaande. Fer Mesman had op bord acht een niet onriant eindspel (toren+loper tegen toren+paard). Wie stond beter? Misschien wel Fer. Hij zat echter krap in de tijd.

Aad de Bruijn sloeg zich met zwart door de tijdnood heen, maar verspeelde zijn voordeel. Zijn tegenstandster besloot met haar dame tot een dwaaltocht in Aads stelling langs de open c-lijn, waarop hij hetzelfde wilde doen door de witte damevleugel open te breken met a5-a4. De witspeelster blunderde met b3xa4 en op slag werden de bordjes verhangen. Aads dame drong binnen via a2, de witspeelster (Marjolein Theunissen) kon stukverlies niet voorkomen: 2.5-3.5.

Nog twee partijen gaande. Allebei remise-achtig. Paul Ruber had zijn stelling inmiddels weten te reduceren tot een eindspel met ongelijke lopers, maar was het ook echt niet verloren? Fer Mesman verzuimde vlak voor de veertigste zet een vork te plaatsen waarmee hij stukwinst binnen zou harken; hij overzag het niet meer. Stress, stress, tijdnood. Desalniettemin: remise. Ik benoemde hem ietwat voorbarig tot matchwinner.

Enige spannende minuten volgden nog, kijkend naar de stelling op Paul Rubers bord. Zijn tegenstander kon met de koning damevleugelpionnen gaat eten op zwarte velden (a7-b6-c5), maar die dreiging bleek een storm in een glas water. Na Kxa7 zou wit geen kant op kunnen. Zwart speelt simpelweg Kd8-c7 en sluit daarmee de witte koning af. Remise.

Eindstand: 3.5 – 4.5. Verdiend? Ik weet het niet. Het was in ieder geval de eerste overwinning in bijna twee seizoenen. Vorig seizoen verloren we alles (in de 3e klasse) en dit seizoen was er alleen nog maar een gelijkspelletje. Er zijn dus nog twee kansen voor behoud in de 4e klasse, los van de laatste wedstrijd die Woerden 2 gaat spelen.

We houden het klein en nemen nog een pluk chips, meer niet.

Sander Schilthuizen

N3 ongeslagen in Hillegom De Uil N3 - Het Spaarne N3 2-4

Maandagavond speelden we tegen De Uil. Net als tegen De Vennep spelen we dit seizoen met al onze teams tegen alle teams van De Uil. Meestal verliezen we de wedstrijden tegen De Uil na een spannende avond met een klein verschil, maar dit keer wonnen we. Het zoetst zijn de overwinningen waarbij niemand van het team verliest en ook dat gebeurde: winst voor Frank en Robert, de rest speelde remise.

Om met mijn eigen partij te beginnen, die was al om kwart over 9 klaar. Veel gemanoeuvreer, afruilen van de dames en nog wat materiaal en dan een remise-aanbod op zet 21, tja, dat sla je niet af.

Het voordeel was dat ik daarna veel gezien heb van wat er op de andere borden gebeurd is. De eerste partij die de aandacht trok was die van Wim. Wim had al eerder zijn frustratie geuit dat hij weer zo stom was geweest om in de opening een pion te verspelen, maar kwam nu blij vertellen dat hij hem weer terug had. Ik keek even naar de stelling, het was na zet 14 van zwart, en vroeg me af of hij wel wist dat-ie een stuk achter stond. Hmm, die opmerking hield ik maar voor me en inderdaad was het gepende paard op e4 voor het grijpen al had wit mogelijk nog wel een betere verdediging in huis dan wat nu op het bord kwam. Wijsheid achteraf (en met hulp van de computer) is dat Wim op zet 15 met Dh4+ de winst binnen bereik had kunnen hebben, maar de stelling was wel erg ingewikkeld. De ruil op e5 pakte eigenlijk slecht uit en na de dappere zet 19. … Lxf1 kwam wit vol binnen op h7 voor een verwoestende aanval op de koningsstelling. Hij koos er echter voor om de dames af te ruilen, waardoor de torens van zwart zeer actief kwamen te staan. Mooi moment voor een listig remise-aanbod en dat werd geaccepteerd. De stand was nu 1-1.

Intussen waren op de borden van Frank en Rykle gunstige stellingen ontstaan, had Robert het een beetje moeilijk en speelde Noud een niets-aan-de-hand partij.

Bij de partij op bord 5 had Frank ondanks materiële gelijkheid voortdurend een groot overwicht, maar na torenruil op g3 (zet 29) zou dat voordeel toch vervlakt zijn en had ik het nog moeten zien. De situatie veranderde dramatisch na 29. … Td8, waarmee zwart een volle toren verblunderde en daarna spoedig opgaf, 2-1.

Op bord 4 was Rykle een moeizame openingsfase tegen de altijd lastige toernooitijger Gerard Draaisma goed doorgekomen en hij won plotseling een stuk met de bijna á tempo uitgevoerde zet 22. … c6. Vervolgens leek de partij moeiteloos naar winst te worden uitgeschoven, maar na de 37e zet van wit ontstond een complexe situatie. Ik moet zeggen dat ik als toeschouwer maar één zet zag: 37. … Le3+, maar dat had het grote voordeel in één klap weggegeven. De oplossing die Rykle koos, 37. … Td8, was nauwelijks beter, want de vrijpion op de d-lijn kan niet verzilverd worden en de stelling met één pion minder kan wit waarschijnlijk wel overleven. Niet onverstandig dat hij korte tijd later toch maar berustte in remise. Nog een stukje computerwijsheid: de winnende zet was 37. … Tc1+. Na nog een schaakje op c2 kan de promotie van de witte d-pion worden voorkomen met een zet als Lc7. Nog een hele operatie hoor, je moet het allemaal maar zien.

Noud had al eens bij mij geïnformeerd hoe de stand in de wedstrijd was en ik had hem gezegd dat hij niet te grote risico’s moest nemen en dat remise OK was. Daarom ging hij zetherhaling niet uit de weg ondanks dat hij een licht betere stelling had. Nuttig halfje en de stand werd zo 3-2 voor ons.

Als laatste was Robert nog bezig. Die speelde zoals gezegd een moeizame partij. Ik had het prima gevonden als hij het remise-aanbod, dat hij desondanks kreeg, had aangenomen, maar Robert rook bloed en wilde doorvechten voor winst. Ieder ander zou op de 26e zet waarschijnlijk exf3+ hebben gespeeld, maar hij koos na enkele pionzetten voor het riskante 28. … Ld8 en kwam zo zelfs een pion achter. Terwijl de vermoeidheid vat kreeg op de tegenstander (de witte toren hopte maar doelloos op en neer over de d-lijn) werkte Robert zet voor zet aan een tegenaanval en sloeg uiteindelijk na een kleine onachtzaamheid toe op zet 49, winst en 4-2!

Zo kwam er een mooi einde aan onze vijfde wedstrijd, het was pas de tweede overwinning, dus verdere illusies hoeven we niet te hebben in dit seizoen. We kijken alleen nog uit naar de laatste wedstrijd, thuis tegen Hoofddorp, maar dat is pas in april.

 

 

 

 

Het zwarte stukken collectief Combiteam KL - Volendam ½-7½, verslag door Paul Neering

Wat gebeurde er op zaterdag 3 februari op de GSV locatie, Schubertlaan 37 te Heemstede? Een KNSB ronde zoals er vele zijn geweest vol gepassioneerde schakers maar deze ronde was toch anders dan de andere. En dan bedoel ik degene die met de zwarte stukken speelden voor het Combi team. Een mysterieuze invloed tussen de spelers op de borden 1, 3, 5 en 7 die met elkaar een onderling verbond moeten hebben gesloten om tijdens de rust met 0 – 4 achter te staan. Degelijke openingen zoals een Spaanse en Caro Kann en een Siciliaan kwamen daar op de borden dus daar lag het niet aan. Als eerste was daar op bord 3 Bré de Roo, die zei een stuk te hebben verloren na amper 30 minuten spelen. De zeer getalenteerde speler die een hoge rating heeft op Chess.com maar met weinig ervaring aangaande de klassieke variant van 40 zetten bedenktijd in 90 minuten nam te snel een centrumpion in de opening waarna witspeler Jan Veerman eenvoudig met een loperzet tegelijkertijd twee paarden kon aanvallen waarvan er één moest vallen zonder enige compensatie. Diepe zucht bij Bré die nog wel doorspeelde maar kansloos ten onder ging. Direct daarop onze dirigent Pim Abbestee, steun en toeverlaat van de laatste externe wedstrijden als puntenpakker, die meteen had opgeven. Gaf pardoes zelf een paard cadeau op veld e5. Witspeler Nico Koning wreef nog even in zijn ogen, keek in het rond waarbij kleine lachrimpeltjes verschenen en nam het paard. En toen er twee zetten later er ook nog met dreiging ontstond op veld h7 was het genoeg.

Maar niet voor uw verslaggever/non-playing teamcaptain. Want 30 minuten daarna, onze onvolprezen 1e bordspeler Theo Kroon, met de mededeling dat ook hij een vol stuk had weggegeven. Geen geldige reden, niet gedwongen door subtiel spel van de sympathieke Volendam speler Jan Tol, maar gewoon in een wat mindere staand beginnend middenspel. Maar de gifbeker was nog niet leeg. Na een korte periode rust te hebben gehad kreeg ik net het verbluffende nieuws dat ook Henk Post een stuk had geblunderd. Weliswaar stond tegenstander Jan Veerman (andere Jan) beter, maar toch. Hier waren dingen gaande waar ik als teamcaptain krachtig tegenop moest treden. Dus tijdens de rust heb ik de witspelers bij elkaar geroepen en hen de boodschap gegeven alles op alles te zetten om nog een gelijkspel te veroorzaken. Onze witspeler Sybe Terwee op bord 6 nam het letterlijk op en ging er vol voor en won door een prachtige combinatie een dikke pion op veld e5.

Tegenstander Henk Veerman (andere Veerman) ging er nog eens goed voor zitten en probeerde tegenspel te creëren met twee verbonden vrijpionnen op de damevleugel. Moeilijke stelling en Sybe nam daar de tijd voor om de plus vast te houden. Te veel tijd want zet 40 moest nog worden gespeeld en toen kwam het besef dat er een nul moest worden genoteerd wegens tijdsoverschrijding. Sybe vervloekte de goden en verliet geëmotioneerd, met slaande deuren, de speelruimte. Kwam nog wel even terug, feliciteerde zijn verbluffende tegenstander en vertrok definitief. Even trilde de zaal nog na en uw teamcaptain nam zich voortaan voor wat rustiger aan te doen tijdens de bespreking in de rust. Het team heeft reeds een verloren stand nu maar nog 3 partijen te gaan. Robert Balm speelde tegen oudgediende Frans Vlugt. Frans heeft wat ratingpunten verloren de afgelopen jaren maar had weinig moeite met onze Robert. De Combispeler deed het naar behoren maar ook hier een groot ratings verschil. Het einde van de partij was nog het leukst toen er een grappig eind motief op het bord ontstond met een promotiepion. Wel de 6de nul van de middag. Langzaamaan begon ik te vrezen om te verliezen met 8 nullen. Op bord 4 Jan Koopman. Ook hier zo’n 200 ratingpunten verschil. Een Morragambiet presenteerde Jan zijn tegenstander Reinier Bodemeijer. Gevochten heeft Jan. Gezocht naar gaten, prikken uitgedeeld. Agressief gespeeld en alles, maar dan ook alles gegeven. Maar er werden, ondanks het late uur, geen cadeautjes meer uitgedeeld. Reinier won en er resteerde nog één partij. En wat voor een partij! Martin Zegstroo, onze zeer ervaren speler tegenover de nummer twee van Volendam, Erik Steur. Een meeslepend gevecht waarin het middenspel de Volendamspeler het voor het zeggen had vanwege een lastige dubbelpion van Martin op de C lijn en een vrijpion voor Erik op de A lijn die in de toekomst voor het volle punt moest gaan. Toch kreeg Martin het voor elkaar de A pion te pakken en plots ook kleine kansen de partij te winnen!! Echter, zover kwam het niet, maar de teamcaptain was zielsgelukkig met het halfje van Martin. Geen 0-8 maar 0.5 – 7.5 verloren. Dat ziet er toch compleet anders uit… toch? Dankzij Martin… wat een speler!

 

Rating

 

Rating

 

1936

 

2003

0 – 1

 

1794

 

1919

½ – ½

 

1772

 

1811

0 – 1

 

1589

 

1793

0 – 1

 

1567

 

1836

0 – 1

 

1601

 

1654

0 – 1

 

1422

 

1617

0 – 1

 

1476

 

1641

0 – 1

 

Gemiddelde Rating:

1645

 

Gemiddelde Rating:

1784

½-7½ 

Kijk Uit! Het Spaarne N3 - Kijk Uit N 1-5

Donderdag 11 januari speelde ons derde team tegen Kijk Uit. Normaal liggen in januari alle externe competities stil vanwege het grote toernooi in Wijk aan Zee, maar voor de derde klasse NHSB was dit jaar toch een ronde gepland in week 2. Samen met een interessant intern programma leverde dat een ruim gevulde speelzaal op in de Laan van Berlijn.

De wedstrijd tegen Kijk Uit liep helaas uit op een grote nederlaag. De vorige wedstrijd, in december bij HWP, werd er helemaal niet onaardig gespeeld, maar werden er op te veel borden plotseling stukken weggegeven. Deze keer werd er veel minder geblunderd, maar was de tegenstander vaak net iets beter.

De eerste uitslag kwam uit de partij van Wim Hoffenaar. Een kleine misrekening op zet 19 kostte een stuk en daarna volgde de ene na de andere ellende. Knap uitgespeeld van de tegenstander.

Rykle van der Heide speelde een gelijk opgaande partij en nadat bijna al het materiaal was afgeruild werd remise overeengekomen.

In de partij van Gerda Schiermeier kwam er op zet 20 een loper op a3 de boel verstoren. Dat kostte een pion, maar nog lang niet de partij.

Na deze 32 zetten was de partij nog lang niet klaar, alleen stond volgens de notatie het witte paard van b4 na de volgende zet op d6. Goede zet, maar geen schaakprogramma dat dat accepteert. Er is daarna wel netjes doorgespeeld: 33. Nd6 f6 34. Ne8 Bb8 35. exf6 g6 36. Ng7 Kf7 37. g5 hxg5 38. Nxg5+ Kxf6 39. N7xe6 Nxe6 40. Nf3 Be5 41. h4 Nc5 42. Ke2 a4 43. bxa4 Nxa4 44. Kd3 Nc5+ 45. Kc2 d4 46. Ne1 Kf5 47. f3 Bg3 48. Ng2 d3+ 49. Kd2 Bf4+ 50. Kd1 Na4 51. Nxf4 Kxf4 52. Kd2 Kxf3 0-1. Misschien komen we er nog eens achter wat er op die 33e zet is gebeurd. Allebei niet gezien waarschijnlijk.

Kijk Uit had een sterke invaller op bord 1, maar juist Robert Balm is iemand die zich daar helemaal niet door laat imponeren. Hij werd in het centrum wel wat terug gedrukt, maar gaf geen krimp, bracht stug tegenspel op het bord en moest uiteindelijk toch capituleren. Geen schande, goed gedaan.

Bij Noud Vromans had er ook zeker een halfje ingezeten. Hij kreeg zelfs remise aangeboden op de 30e zet. Dat had hij maar beter aangenomen, want drie zetten later kon hij na een blunder opgeven. Wel stoer om op winst te spelen, dat zouden er meer moeten doen.

Frank Otten speelde als vanouds de langste partij en hij kon nog wel een half punt aan ons schamele totaal toevoegen. Gedegen en boeiende partij.

 

Uitslag Het Spaarne N3 – Kijk Uit N
7721747 Robert Balm (1417) – 8190523 Ingmar Visser (1990) 0 – 1
8379767 Noud Vromans (1485) – 7884085 Andries Visser (1596) 0 – 1
6065279 Frank Otten (1426) – 8407300 Paul Koper (1446) ½ – ½
8756055 Rykle van der Heide (1406) – 8573169 Michiel van der Valk (1423) ½ – ½
7291515 Wim Hoffenaar (1419) – 8500558 Vi Quan Tran (1332) 0 – 1
6262883 Gerda Schiermeier-Palm (1319) – 8573180 Vincent Zeeman (1418) 0 – 1
Totaal Gemiddelde rating: 1412 – Gemiddelde rating: 1534 1 – 5

Groeten uit Groningen (een oefening om partijen en diagrammen mooi op de site te krijgen)

Tussen kerst en oud&nieuw heb ik in Groningen meegedaan aan het Chessfestival op de campus van de universiteit aldaar. Een goed georganiseerd toernooi met een lange traditie. Je hebt de keuze tussen een drie-, vijf- of negenrondig toernooi en ik deed mee aan het vijfrondige toernooi, waar ik werd ingedeeld in een groep met spelers in rating variërend tussen 1400 en 1700. Een mooie uitdaging. Niks verliezen was de doelstelling, maar die kon al snel de prullenbak in.

De eerste ronde had ik namelijk een geweldig overwicht in de partij, zodanig dat ik in de jacht op een snel mat zomaar mijn dame verblunderde.

De stelling na 20. Qd4:

 

De volgende dag was het hard werken om weer op 50% te komen, maar na ruim vijf uur schaken lukte dat uiteindelijk toch.

De stelling na 44. Kc4:

 

In ronde 3 kreeg ik wederom veel initiatief, maar ik wist het niet te verzilveren. Een goed getimed remise-aanbod (ik houd er niet van, maar ik deed het toch) leverde me een half punt op.

De slotstelling:

 

In de volgende partij kwam ik in zwaar weer terecht. Stug verdedigen resulteerde nog maar eens in een halfje. Deze partij haalde dik het vijfde wedstrijduur en eindigde in zetherhaling.

De stelling na 41. … Qxd4:

 

Niks verliezen was dus niet gelukt, maar voorafgaand aan de slotronde had ik toch het voornemen om het bij die ene nederlaag te houden. Eigenlijk had ik op die ene grafzet in ronde 1 na een prima toernooi achter de rug. In de prijzen vallen zat er niet meer in en voor 50% over het hele toernooi zou ik wel tekenen. Die laatste partij werd de partij met misschien wel de beste kansen op winst, maar toch weerstond ik een listig remise-aanbod niet. Geheel in de gedachte “bij verlies wint hij, bij winst win jij en bij remise win je allebei”.

De slotstelling: